Skip to main content
Terug

ambulanceverpleegkundige korte tranche

De opleidingscommissie bepaalt de landelijke eisen waaraan de opleiding moet voldoen om door het CZO erkend te worden. Onder bijlage(n) vindt u alle opleidingseisen van de opleiding tot ambulanceverpleegkundige. Tezamen met de kwantitatieve en kwalitatieve criteria, vastgelegd in het Reglement Erkenning Opleidingen CZO beoordeelt de opleidingscommissie of uw instelling in aanmerking komt voor een erkenning van de opleiding tot ambulanceverpleegkundige.

Vanaf 1 januari 2018 NLQF-niveau 6 ingeschaald. 
Lees meer over NLQF.

Instroomeisen:
Hieronder vindt u de specifieke eisen van deze opleiding die van toepassing zijn voor de individuele student die zich inschrijft bij het CZO voor deze opleiding. Deze kenmerken vindt u ook terug in de opleidingseisen onder de specifieke bepalingen van de opleidingseisen. 

De instroomeisen Korte tranche - specifiek deel opleiding ambulanceverpleegkundige - zijn:

  • de student staat geregistreerd in het BIG-register als verpleegkundige en heeft een dienstverband met een RAV, en
  • het dienstverband met een RAV bedraagt 36 uur per week dan wel ten minste 24 uur per week onder evenredige verlenging van het praktijkdeel van de opleiding, en
  • de student is in het bezit van een CZO-diploma spoedeisendehulpverpleegkundige, dan wel intensivecareverpleegkundige of CZO-diploma anesthesiemedewerker.

Diploma buitenlandse vooropleiding
Verpleegkundigen die de BNB (BaNaBa) opleiding in de Intensieve zorg en Spoedgevallenzorg in België met goed gevolg hebben afgerond kunnen instromen in de opleiding tot ambulanceverpleegkundige in Nederland, mits zij minimaal een jaar aantoonbare werkervaring hebben op een door het CZO erkende intensivecare- of SEH-afdeling in Nederland. 

Praktijkuren:
925

Theorieuren:
184

Minimale aanstelling:
24.00